De wijkverpleegkundige is vanaf 1 januari 2015 verantwoordelijk voor het stellen van de indicatie voor verpleging en/of persoonlijke verzorging. Dat betekent dat mensen rechtstreeks contact op kunnen nemen met een wijkverpleegkundige. Zij (of hij) beoordeelt dan samen met de cliënt wat er nodig is aan zorg om langer thuis te kunnen wonen. Samen wordt de zorgvraag verhelderd, de wijkverpleegkundige stelt een diagnose en geeft de indicatie voor zorg.
Deze veranderingen zijn vastgelegd in de Zorgverzekeringswet. De functies extramurale verpleging en persoonlijke verzorging uit de AWBZ zijn opgenomen in het basispakket van de Zorgverzekeringswet (Zvw). Beide functies vallen dan onder de nieuwe aanspraak ‘wijkverpleging’.
Hoe gaat een wijkverpleegkundige ter werk?
De huisarts of wijkverpleegkundige bespreekt met u wat u zelf nog kunt en welke verpleging en verzorging nodig is. De wijkverpleegkundige helpt u om de zorg te regelen, samen met uw familie of vrienden en andere professionele zorgverleners. De wijkverpleegkundige stelt eerst vast welke geneeskundige zorg nodig is. Ook coördineert de wijkverpleegkundige alle zorg rondom de cliënt en stemt af met andere hulpverleners, zoals de huisarts, medische specialist en de maatschappelijk werker. Als u deze zorg nodig heeft, kan u terecht bij zorgaanbieders waarmee de zorgverzekeraar een overeenkomst heeft afgesloten.
Hoe zit het met de eigen bijdrage onder Zorgverzekeringswet (ZVW)?
De meeste zorgkosten worden gelukkig helemaal vergoed vanuit de basisverzekering. U hoeft daarvoor niets extra’s te betalen, maar voor een aantal zorgsoorten is dat niet zo. Dan geldt een eigen bijdrage. De eigen bijdrage is het deel van de medische kosten uit de basisverzekering die u zelf moet betalen.