Meldcode

 Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld

Sinds 1 juli 2013 geldt er een verplichting dat de landelijke Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld is geïmplementeerd binnen de organisatie. Naar aanleiding hiervan is dit protocol opgesteld om onze medewerkers en cliënten te informeren over de beleidsvisie van Zorgbureau Daadkracht BV met betrekking tot vermoeden van mishandeling, geweld, seksueel misbruik, seksualiteit en intimiteit van cliënten.

Definities

Veilig thuis: Advies en meldpunt huiselijke geweld en kindermishandeling

Telefoon: 0800-2000

 

Huiselijk geweld

Huiselijk geweld is geweld gepleegd door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer. De huiselijke kring betekend: partners, ex-partners, gezinsleden, familieleden en huisvrienden.

De term ‘huiselijk geweld’ verwijst naar de relatie tussen pleger en slachtoffer. Er is meestal sprake van een machtsverschil. Het slachtoffer is afhankelijk van de dader. Het gaat bij huiselijk geweld om lichamelijke, seksuele en psychische vormen van geweld.

Vormen van huiselijk geweld:

  • Kindermishandeling;
  • Ouderenmishandeling;
  • Eergerelateerd geweld zoals eerwraak, vrouwelijke genitale verminking (‘vrouwenbesnijdenis’) of
  • Huwelijksdwang;
  • Oudermishandeling;
  • Partnergeweld en ex-partnergeweld in alle verschijningsvormen, ook psychische mishandeling en stalking.

 

Kindermishandeling

Kindermishandeling is een vorm van huiselijk geweld waarbij elke vorm van mishandeling die voor een kind bedreigend of gewelddadig is.

 

Vormen van geweld/mishandeling:

De volgende vormen van kindermishandeling/huiselijk geweld worden veelal onderscheid:

 

  • Lichamelijk mishandeling: alle vormen van lichamelijk geweld
  • Emotionele of geestelijke mishandeling: een volwassen persoon scheldt het slachtoffer regelmatig uit, doet vaak afwijzend en vijandig tegen het slachtoffer of maakt het slachtoffer opzettelijk bang.
  • Lichamelijke verwaarlozing: het slachtoffer krijgt niet de zorg en verzorging die het nodig heeft.
  • Emotionele en geestelijke verwaarlozing: doorlopend tekort aan positieve aandacht voor het kind. Het negeren van de behoefte van het kind aan liefde, warmte, geborgenheid. Hieronder valt ook de situatie waarbij een kind getuige is van geweld tussen ouders en verzorgers.
  • Seksueel misbruik: seksuele aanrakingen die een volwassene en slachtoffer opdringt.

 

Ondersteuning vanuit het Ministerie VWS

Het ministerie geeft op diverse wijze ondersteuning aan de zorgverlener wanneer deze te maken krijgt met een situatie waarin de meldcode ingezet moet gaan worden. Onderstaand een schema met een aantal voorbeelden.

 

 

App voor smartphone of tablet: meldcode §   Loopt de 5 stappen van de meldcode met de zorgverlener door.

§   Geeft alle locaties weer van Veilig thuis

§   Geeft de mogelijk direct noodzakelijke telefoonnummers

§   Geeft toelichting over beroepsgeheim in degelijke situatie

§   Geeft basisvragen over de beoordeling van de veiligheid van kinderen in de thuissituatie.

§   De kindcheck welke de zorgverlener dient uit te voeren als de gezondheidssituatie van de volwassen cliënt/patiënt van nadelige invloed is op eventuele kinderen in huis.

§   Benoemd geweldsvormen

§   Levert basis informatie over de meldcode

Toolkit voor de zorgverlener

 

http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/huiselijkgeweld/geweld/hulp-bieden/toolkitmeldcode

§   Basismodel Meldcode en voorbeelden

§   Checklist managers

§   Standaardpresentatie en voorlichtingsmateriaal

§   Publicatiemateriaal meldcode

§   Hulpmiddelen voor gemeenten

§   Folder Als vrijwilligers zich zorgen maken

§   Video’s symposium Wet meldcode van Kracht

Databank bij en nascholing

 

http://www.movisie.nl/artikel/databank-nascholing-meldcode

Landelijk overzicht van alle aanbieders van een scholing m.b.t. het omgaan met de meldcode.
Website

http://www.huiselijkgeweld.nl

Alle informatie rondom het thema

 

Stappenplan

De meldcode gaat uit van de volgende 5 stappen. Alle gesprekken en conclusies worden gedocumenteerd.

(Opmerking: bij het opstellen van het stappenplan wordt voor elke stap bepaald welke medewerker binnen de organisatie bevoegd is tot het zetten van de stap. Er wordt één eindverantwoordelijke aangewezen voor het doen van de melding)

 

In kaart brengen van signalen en noteren in het cliëntendossier

A:            Overleggen met een collega of leidinggevende.

Indien de medewerker signalen oppikt wordt er via Gulsah Parlak contact gelegd met de huisarts.

B:            Eventueel raadplegen van het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling en Huiselijk geweld via bovenstaande telefoonnummer of een deskundige op het gebied van letselduiding.

Bij deze stap hoeven nog geen namen van mogelijke daders en slachtoffers te worden benoemd. Er kan anoniem advies worden ingewonnen.

Gesprek met de cliënt.

Indien dit gesprek lastig is voor de medewerker kan advies worden gevraagd bij Veilig thuis.

In het gesprek met de cliënt gaat het er om dat de eindverantwoordelijke:

  • het doel van het gesprek uitlegt;
  • de signalen, dit wil zeggen de feiten die hij heeft vastgesteld en de waarnemingen die hij heeft gedaan, bespreekt;
  • de cliënt uitnodigt om daarop te reageren;

En pas na deze reactie zo nodig komt tot een interpretatie van wat hij heeft gezien en gehoord en wat hem in reactie daarop verteld is.

Er kan af worden gezien van een gesprek met de cliënt als de veiligheid van een van de betrokkenen in het geding zou kunnen komen.

Wegen van het huiselijk geweld of de kindermishandeling. Bij twijfel altijd Veilig thuis raadplegen

Medewerkers mogen ook informatie inwinnen bij andere professionals die ook bij de cliënt betrokken zijn om mee te wegen in het oordeel.

Beslissen: zelf hulp organiseren of melden.

Gezien de expertise van Zorgbureau Daadkracht BV zullen wij niet zelf de hulp organiseren maar een melding doen. De melding zal altijd door de eindverantwoordelijke worden gedaan.

Voordat de melding wordt gedaan zal er geprobeerd worden contact te leggen met de cliënt om uit te leggen dat er een melding zal worden gedaan. Indien de cliënt bezwaren heeft en niet te overtuigen is maakt de melder een afweging of de cliënt of een ander beschermt moet worden met behulp van de melding. Dan mag de medische eindverantwoordelijke zijn beroepsgeheim doorbreken en zonder toestemming van de cliënt een melding doen.

Bij een melding diend de melder zoveel mogelijk zijn signalen te melden, dit wil zeggen de feiten en gebeurtenissen die zijn waargenomen. Meldt de melder ook feiten en gebeurtenissen die anderen hebben gezien of gehoord, dan moet hij deze ‘andere bron’ duidelijk in de melding noemen.

 

Na de melding

Indien de melder zelf een rol kan spelen in de hulpverlening wordt er contact gehouden met Veilig thuis. Van de melder wordt verwacht dat hij, naar de mate van zijn mogelijkheden, de client blijft ondersteunen en beschermen. Daarnaast houdt het meldpunt melders op de hoogte van de uitkomsten van het onderzoen en van de acties die in gang worden gezet.

 

Bronnen

Basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling, verkregen via www.meldcode.nl geraadpleegd op 16-03-2015.

Definities: www.meldcode.nl geraadpleegd op 16-03-2015

 

 

Bestandnaam                       meldcode kindermishandeling en huiselijke geweld (3) (1)

Datum                                   28 december 2016